Mannen hebben ook borstklierweefsel onder de tepel zitten. Overmatige ontwikkeling van dit borstklierweefsel geeft aanleiding tot borstvorming bij de man, ook wel gynaecomastie genoemd.
De aandoening ontstaat meestal in de puberteit en kan aan één zijde of aan beide zijden van de borstkas optreden. Naast klierweefsel is er soms opstapeling van vetweefsel de oorzaak van de gynaecomastie. Dit komt dan vaak in combinatie met overgewicht voor. Afvallen kan dan verbetering geven.
Gynaecomastie heeft vele oorzaken onder andere stoornissen in de hormoon stofwisseling. Vaak wordt er echter geen oorzaak voor gevonden. Door het innemen van medicijnen bij bodybuilders of bij de behandeling van prostaatkanker wordt dit fenomeen ook meer gezien.
Met behulp van een echografie kan de grootte van de klier worden gemeten en het aandeel van het onderhuidse vet worden ingeschat.
Bij een operatieve behandeling wordt het klierweefsel weggesneden en het teveel aan vet verwijderd d.m.v. liposuctie. Bij uitzonderlijke gevallen moet soms overtollige huid worden weggenomen.
Het litteken hoeft in de regel niet groter te zijn dan de helft van de tepelhof en wordt precies op de overgang van de tepelhof naar de gewone huid geplaatst. Het litteken geneest meestal fraai en is weinig opvallend. Als er overtollige huid moet worden weggenomen zijn er meer littekens.
Een veranderd gevoel in de tepels na de operatie is niet ongewoon. Dit herstelt zich meestal altijd.